Blue Mountains National Park
“Een ideale dagtrip vanuit Sydney”
Goedemorgen allemaal en welkom terug bij m’n Dagboek Down Under. Als je alle voorgaande lectuur braaf las, heb je inmiddels vele duizenden woorden achter de kiezen. Je ontdekte hoe we via het exotische Brisbane, de themaparken van Gold Coast en een waanzinnige skydive het meest noordelijke puntje van onze Aussie-Roadtrip bereikten. Na ons broeierig hete, doch uitgeregende dagje Fraser Island ging het vervolgens alleen maar zuidwaarts. We beleefden dol-fijne fun in Sea World, we zagen de Australische beau monde in Surfers Paradise en we voegden een trio van watervallen aan ons curriculum toe in de nationale parken van Springbrook en Dorrigo. Kortom: allemaal heel erg leuke dingen. Toch zouden we het toppunt van de reis pas beleven aan de voet van het Sydney Opera House en de iconische Harbour Bridge.

Sydney bevestigt haar status als meest legendarische stad van dit enorme land met glans en we hebben hier een fantastische tijd. Toch verlaten we op donderdag tijdelijk de rush van de stad; we moeten immers een evenwicht bewaren. De afgelopen tien dagen voelden quasi perfect dankzij de combinatie van plezier op achtbaanrails, levendige grootsteden en de kilometerslange hikes in oogstrelende natuurparken. Nu we vijf dagen tussen de wolkenkrabbers en krioelende mensenmassa’s verblijven, komt er dus langzaamaan een drang om opnieuw frisse lucht te happen. En we hebben geluk, want op nauwelijks anderhalf uur rijden van Centraal-Sydney ligt een van de beroemdste National Parks die Australië rijk is. We gaan vandaag naar de Blue Mountains!

We, dat zijn nog steeds Michaël en ik. We hebben tijdens de afgelopen twee weken al heel wat knappe landschappen mogen bewonderen op Fraser Island en in de nationale parken van Dorrigo en Springbrook. We zijn dus al wat gewend, maar toch gaan we er van uit dat onze monden vandaag opnieuw zullen openvallen. Het weer werkt alvast mee, want we genieten van een zonovergoten Australische herfstdag. Als je goed kijkt, zie je in de achtergrond van de foto’s trouwens waarom men dit The Blue Mountains noemt. De dichte eucalyptusbossen geven in sommige omstandigheden immers een soort blauwe gloed af.
WENTWORTH FALLS

Oplettende lezers weten dat Michaël en ik er een sport van maakten om waterval-credits te sprokkelen (onoplettende lezers gaan trouwens naar de gevangenis en passeren niet langs start). Wanneer we in het park arriveren en deze pijl richting Wentworth Falls spotten, twijfelen we dus geen seconde om onze watervallenteller te spekken. En had je verwacht dat het wandelpad naar Wentworth Falls netjes geplaveid werd? Think again! Aussies zijn niet bang van een beetje avontuur en ik geef ze honderd procent gelijk. De light-survival richting het uitzichtpunt bouwt de suspense aanzienlijk op.

En hopla, daar ben je dan… Wentworth Falls. Beetje teleurgesteld omwille van dit uitzicht? Geen nood, want de eigenlijke waterval begint pas achter deze afgrond. En geloof me: die klif gaat best een eindje naar beneden. Het is herfst in het zuidelijke halfrond en watervallen zijn in die periode doorgaans niet al te actief. Toch blijkt Wentworth Falls vanaf een afstandje indrukwekkender dan we op voorhand verwacht hadden. Zullen we het eens van dichterbij gaan bekijken?
Aanvankelijk heb ik weinig zin in om helemaal naar beneden te wandelen, maar Michaël overtuigt me om het toch te doen. En Michaël, ik meen het: bedankt dat je me overtuigde om voor de volledige ervaring te gaan. Wentworth Falls is een eersteklas beauty en dat wordt vanuit de vallei pas goed duidelijk. De steile trap erheen is bij momenten weliswaar griezelig, maar we mogen daar beneden wel van enkele onbetaalbare views genieten. Na de prachtige watervallen in Springbrook en Dorrigo is ook Wentworth Falls een credit om trots op te zijn.
THE THREE SISTERS

We klimmen (puffend en zwetend) terug naar de parkeerplaats van Wentworth Falls en rijden door naar het drukste plekje in de Blue Mountains: Echo Point. We komen hier goeiedag zeggen tegen The Three Sisters, de bekendste rotsformatie binnen de parkgrenzen. Maar terwijl wij de drie zussen een goeiedag wensen, lijkt zowat elke andere bezoeker Ni Hao te zeggen. Weet iemand of er op 31 maart 2016 nog Chinezen in China waren? Ik heb namelijk de indruk dat ze vandaag met 1,3 miljard The Blue Mountains ontdekken.
De belangrijkste reden om die Aziatische invasie te trotseren: een glimp opvangen van The Three Sisters. Om dit must-have (doch allesbehalve originele) plaatje te maken, moet je trouwens zowat twintigduizend Chinezen in ’t ravijn duwen. Het doel heiligt de middelen, right? Een andere mogelijkheid om de verplichte foto/selfie te maken zonder dat daar tientallen hoofdjes met pikzwart haar op staan: twintig meter verder lopen. Chinese toeristen zijn immers zoals de mannetjes in Rollercoaster Tycoon. Ze zullen alleen maar voor de kortste en makkelijkste weg kiezen.
SCENIC WORLD

Schiet bij Echo Point en The Three Sisters in sneltempo wat foto’s, maar maak je dan uit de voeten. Tenzij je van achtduizend busladingen toeristen houdt, is dit gewoonweg niet de meest gezellige plek. Ga daarentegen gerust een kijkje nemen bij het even verderop gelegen Scenic World, waar onder andere deze kabelbaan te vinden is. Toch wordt onze aandacht vooral getrokken door een andere attractie. Want kijk eens goed… Over de parkeerplaats loopt een staalconstructie die verdacht hard op een achtbaan lijkt. M’n pretparkhart begint er spontaan sneller door te kloppen.

En inderdaad: Scenic World is de thuishaven van de illustere Orphan Rocker. In 1984 begon men deze beruchte rollercoaster aan de rand van een tweehonderd meter diep ravijn te bouwen. Het was de bedoeling dat er schommelende achtbaantreintjes over de rails zouden rijden, dus sensatie was beslist gegarandeerd. Vroegtijdige slijtage aan de treinen zou er echter voor zorgen dat deze achtbaan uiteindelijk nooit geopend is. Niemand sluit uit dat het project ooit hervat wordt, maar momenteel ligt Orphan Rocker er verlaten en verloederd bij. Wie goed kijkt, ziet trouwens dat er achter dit stalen hek wel gewoon een voertuig staat. Jammer genoeg kom ik als brave-en-niet-over-hekken-klauterende toerist niet dichterbij dan dit plaatje.
Waarom het doodzonde is dat Orphan Rocker nooit opende? Omdat dit het uitzicht vanuit de achtbaantrein zou zijn! En ik kan me op deze planeet maar weinig coasters voorstellen die een even indrukwekkende view genereren. Er zijn echter nog andere spectaculaire manieren om van het uitzicht te genieten, want Scenic World biedt naast de stilstaande Orphan Rocker drie andere attracties. Die zijn helaas heel wat minder thrill-gericht, maar ze maken eveneens handig gebruik van de diepe kliffen. Én ze zijn wel open.
Naast de twee kabelbanen is er bijvoorbeeld deze Scenic Railway, die je toelaat om het National Park vanuit een heel ander perspectief te bekijken. We vinden het jammer dat Orphan Rocker daar SBNO staat, maar ook de kabeltrein levert ons een aardige portie sensatie op. De funicular in Scenic World is immers supersteil en we dalen af in de vallei met een waanzinnige hellingsgraad van 52°. Doen we vervolgens wat elke derderangs-toerist doet? Nemen we die kabeltrein terug naar boven? Neen Nein Non No! Michaël en ik gaan immers hiken zoals de echte pro’s dat doen. We opteren voor de bekende, doch aardig zware wandeling langs The Giant Staircase. Het komt erop neer dat we in de vallei naar The Three Sisters lopen, waarna we een van die zusjes beklimmen. En ik besef maar al te goed dat die zin dubbelzinniger klinkt dan hij bedoeld is.
Michaël en ik moeten echter uit de kast komen. We zijn ehm… niet zo professioneel zoals ik daarnet beweerde. Wanneer we niet meteen een pijl naar The Giant Stairway vinden, gaan we er namelijk van uit dat men met Golden Stairs hetzelfde bedoelt. Maar knoop dit goed in je oren wanneer je ooit hierheen komt: The Giant Stairway en Golden Stairs zijn niet hetzelfde. Dat beseffen we helaas pas later vanmiddag. Voordien banen we ons (weliswaar met succes) een weg door een opeenvolging van grillige rotsblokken, omgevallen boomstammen en grondverzakkingen. Avontuurlijk is het zeker, maar voor The Three Sisters moeten we toch écht naar de andere kant.
Je zou knettergek kunnen worden omwille van de fout die we maakten, maar je kan evenzeer besluiten dat de zeven (!) extra kilometers ons wel door de meest verlaten hoekjes van The Blue Mountains voerden. We zagen tijdens dat ommetje van tweeënhalf uur nauwelijks twee andere wandelaars en we struikelden over rotsblokken waar die 1,3 miljard Chinezen nog nooit van gehoord hebben. Wees dus maar jaloers…
THE GIANT STAIRWAY

Et voilà, daar is ie dan… Het is met enige vertraging, maar uiteindelijk staan we toch aan The Giant Stairway. En neen, dat is absoluut niet hetzelfde als The Golden Stairs. The Giant Stairway is trouwens een rake beschrijving van de ervaring die we tegemoet gaan. Om vanuit de vallei terug naar de top van The Three Sisters te geraken, moeten we namelijk erg veel trappen beklimmen. En die trappen zijn steil, dat kan ik je garanderen.

Neen echt, eigenlijk is die Giant Stairway puur gekkenwerk met de temperaturen van hier. Ik zweet, ik puf, ik tril en ik hijg. Terwijl ik met loden benen die eindeloze trap op kruip, vraag ik me af waarom we in godsnaam te trots zijn om die kabeltrein naar boven te nemen. Ik weet het antwoord echter maar al te goed. Dit is zo’n typische activiteit die je jezelf aandoet om er achteraf met opperste voldoening op terug te kijken. En wanneer ik dan eindelijk aan de top van The Three Sisters arriveer, voel ik slechts twee dingen. Eén: ik leef. Twee: die kuiten doen verdorie pijn.

*Geeft zichzelf een schouderklopje* We hebben The Giant Stairway beklommen en dat was intens. Stiekem niet zo geïnteresseerd in die uitputtende krachttoer? Weet dan dat je het panoramaplatform nabij The Three Sisters en dat bruggetje ook kan bezoeken zonder die absurde trap eraan te koppelen. Ik zou een hele fles deodorant onder m’n druipnatte T-shirt willen leegspuiten, maar ik merk op dat The Giant StairSmell best een effectieve methode is om China op aangename afstand te houden. Ni Hao! Het iele bruggetje dat ons van de noordelijke Sister opnieuw naar het vasteland brengt, is trouwens behoorlijk spectaculair qua views.
Zei ik daarnet niks over een zweterige geur die ongewenste toeristen wegjaagt? Ja toch? Ook op Echo Point werkt deze methode naar behoren. Zo chaotisch en druk het hier enkele uren geleden was, zo sereen en vredig ligt het uitkijkpunt er in de late namiddag bij. Zowat elke tourbus is inmiddels opnieuw onderweg naar Sydney en daar profiteer je als laatblijver van. In de vooravond zorgt de ondergaande zon bovendien voor een warme belichting van die fotogenieke zusjes. We nemen dus op een ideale manier afscheid van dit waanzinnige National Park en springen vervolgens in de wagen. Bedankt en tot ziens! Of – zoals ze het hier in The Blue Mountains wellicht zeggen – Xiè Xiè & Zàijiàn!
Die avond dineren we in het Belgian Beer Café Heritage (een Vlaamse ober brengt ons stoofvlees met stoemp in hartje Sydney, hoe awesome is dat?!) en we genieten subtiel na van die dag in The Blue Mountains. Stramme kuiten zouden me zelfs drie dagen later nog herinneren aan de über-actieve hikes die we ondernamen. Toch was dit park elk pijnlijk spiertje waard. Die wandeling naar de oogverblindende waterval, de uitputtende Giant Stairway en zelfs die vele nutteloze kilometers in de verkeerde richting… het droeg allemaal bij aan een indrukwekkende dag.
Wanneer je een heel ander facet van de Australische National Parks wil ontdekken, is de Outback misschien een boeiende optie. Voor ons is het alvast de realiteit: nadat we ons verblijf in Sydney afronden, gaat het immers per vliegtuig naar het vuurrode Australische binnenland. We houden ons klaar voor woestijnzand, een portie mystiek en heel veel irritante vliegjes in het Uluru Kata Tjuta National Park.








