Busch Gardens Williamsburg
Williamsburg, Virginia, USA
“Een van de mooiste themaparken in de VS, maar de operations zijn matig”
Weinig pretparken genieten een even monumentale status als Busch Gardens Williamsburg. Het park staat bekend om zijn stevige coasters, uitbundige decoratie en de wondermooie natuur. We reizen vandaag dus niet zonder verwachtingen naar Williamsburg. Gaat dit park effectief m’n top tien door elkaar gooien? Ik acht het best mogelijk. Busch Gardens is immers gethematiseerd naar Europese landen en ik heb toevallig een voorliefde voor een niet nader genoemd Duits pretpark met dezelfde visie. Laat ons dus snel ontdekken of deze Amerikaanse variant even hoog scoort op de schaal van Glenneke. We zeggen buongiorno Tempesto, bonjour Griffon, guten Tag Verbolten, salut InvadR en good morning Busch Gardens Williamsburg.
Het is vandaag Goede Vrijdag. Die dag heeft in België helemaal geen betekenis, maar in vele landen ligt dat anders. Hier in de Verenigde Staten hebben vele mensen bijvoorbeeld een vrije dag en dat is goed merkbaar. Ruim voor openingstijd staat er immers al een monsterfile voor de parkeerterreinen van Busch Gardens. Op het moment dat wij het betaalhokje bereiken, laat men de honderden auto’s zelfs gratis door om de autosnelweg te ontlasten. Dat klinkt leuk, want we spaarden zonet 15 dollar uit. Toch wil ik met plezier parkeergeld betalen als dat een kalme dag zou garanderen. Maar helaas: het drukke paasweekend is begonnen en daar valt helemaal niks aan te veranderen.
Amerikaanse pretparken hebben soms gekke prijsstrategieën. Net zoals in Dollywood, is ook hier een jaarkaart immers goedkoper dan een tweedagenkaart. Omdat we morgen nog enkele uren in Busch Gardens willen doorbrengen, heb ik tegenwoordig dus een zogenaamde Fun Card op zak. Dat is een soort light-abonnement waarmee we het park tot september onbeperkt mogen bezoeken. Een absoluut koopje voor 85 dollar. Als kersverse abonnementhouders wandelen we glunderend de inkomzone tegemoet. De hoofdstraat van het park is in een Engelse stijl uitgevoerd en ziet er goed uit. De hoeveelheid Union Jack-vlaggetjes is weliswaar zwaar overdreven, maar je krijgt in dit Britse straatje wel meteen een voorproefje van het hoge themaniveau.
Onze eerste halte wordt de zone Festa Italia, waar twee credits staan. We beginnen met Tempesto, de minst interessante van het duo. Ik vind het bijzonder jammer dat Busch Gardens in 2015 per se een standaard coaster van Premier wilde aankopen. Ondanks de blitse kleurstelling en de geslaagde styling blijft dit namelijk een gedrocht. Bovendien is de capaciteit van deze baan beperkt en dat is grotendeels aan het omslachtige beugelsysteem te wijten. We moeten ons bovenlichaam tussen rubberen gespen wringen, wat een tamelijk onhandig gedoe is. Dat is allemaal vreemd wanneer je weet dat de kopieën in Duitsland en Californië het gewoon met simpele heupbeugels doen. Om toch met een positieve noot te eindigen, wil ik vertellen dat de uiteindelijke ritervaring een meevaller is. De lanceringen zijn pittig, de hangtime voelt bizar en het voertuig racet met een ongelooflijke souplesse over de rails. Tempesto is dus geen afschuwelijke coaster, maar ik vind ‘m eerder geschikt voor middelgrote familieparken dan voor topspelers als Busch Gardens.
De dollars die we daarstraks uitspaarden op de parking, zijn intussen geïnvesteerd in een locker. Het park verbiedt tassen en losse voorwerpen op al haar topattracties en we worden dus verplicht om een betalend kluisje te nemen. Pure geldklopperij als je het mij vraagt, maar ja… zonder die locker zouden we geen enkele coaster mogen betreden. Ik laat mijn rugzak dus nog effe in het kluisje van Tempesto en we haasten ons naar buurman Apollo’s Chariot. Op dit vroege uur staat er nog geen wachtrij en we zitten bijgevolg al snel backseat. Van op de lifthill zwaaien we vervolgens naar de file van arriverende wagens, waarna ik op typisch B&M-plezier getrakteerd wordt. Mega Coasters van deze constructeur zijn meestal niet heel intens en ze leveren doorgaans een zachte vorm van airtime. Apollo’s Chariot past helemaal in dat rijtje: de baan is snel en de drops zijn sterk, maar nergens wordt het echt knallend. Knalfeestjes zijn gelukkig niet noodzakelijk om een goeie achtbaan te garanderen, want ik geniet met volle teugen van deze coaster. De volgende dag zouden we frontseat plaatsnemen en dat blijkt zo mogelijk nog fijner.
In het Italiaanse themagebied is er meer dan genoeg te beleven. Naast de beide achtbanen, komen bijvoorbeeld ook liefhebbers van het betere draai- en zwaaiwerk aan hun trekken. Er staan theekopjes en een enorm schommelschip, maar ik spot tevens een funky vliegend tapijt zoals in Parc Astérix. Verder zijn er ook twee fijn geïntegreerde waterrides. Omdat het vandaag merkbaar frisser is dan de vorige dagen, laat ik zowel de rapid river als de splashboot echter voor wat ze zijn. Nick en Steven maken tijdens de namiddag wel een ritje op Escape from Pompeii en ze besluiten dat het dark ride-gedeelte erg indrukwekkend is. Ik ben niet jaloers op hun natte pak, maar ik heb er stiekem wel een beetje spijt van dat ik deze splash overgeslagen heb. Volgende keer beter.
Festa Italia heeft me op korte tijd geleerd waar Busch Gardens Williamsburg voor staat: groots aangepakte themalanden met een perfecte balans tussen thrillrides en familiaal vermaak. Het oergezellige Oktoberfest-plein speelt op hetzelfde niveau. Om van Italië naar dat Duitse gebied te wandelen, moeten we trouwens een Amerikaans kopietje van de Rijn oversteken. Van op de brug die beide zones verbindt, is het uitzicht ronduit adembenemend. Aan de linkerkant zien we een oase van groen en de kenmerkende drop van Verbolten, terwijl we rechts enkele legendarische Busch-achtbanen mogen bewonderen.
Ik ben Busch Gardens vanochtend binnen gestapt met behoorlijk weinig voorkennis. Natuurlijk hoorde ik de laaiend enthousiaste commentaren van m’n voorgangers en ik zag wel eens een foto van het beroemde achtbaanarsenaal, maar ik wist uiteindelijk niet veel over dit park. Soms is het frustrerend om zonder plan rond te lopen, al bezorgt zulke onwetendheid soms ook waanzinnige ontdekkingen. En de meest verrassende ontdekking van vandaag is… Verbolten.
Toegegeven: het kost bloed, zweet en tranen om in een van die flitsende bolides plaats te nemen. We staan drie keer in de wachtrij en even vaak valt het ding in storing. Verbolten is tijdens dit paasweekend duidelijk het zorgenkindje van Busch Gardens. Wanneer hij tegen de avond opnieuw opent, ontstaat er dus meteen een monsterlijke wachttijd. Om die anderhalf uur durende rij te kunnen overslaan, kopen we een eenmalige Quick Queue voor tien dollar. Gelukkig moeten we het kartonnen kaartje niet afgeven, waardoor we even later gerust een tweede ritje kunnen maken via die snelle zij-ingang. Ik besef dat dit gedrag niet echt comme il faut is, maar als Busch Gardens het systeem niet waterdicht maakt… tja, dan geniet ik optimaal van dat duur betaalde voorkruippasje.
In het prachtig gethematiseerde stationsgebouw van Verbolten weerklinkt voortdurend een redelijk irritante vrouwenstem met Duits accent. Ze waarschuwt ons voor het gevaarlijke Black Forest. Als West-Europeaan vind ik dat vreemd. Het Zwarte Woud is immers die regio met koekoeksklokken, halveliters bier en blèrende berggeiten, toch? Het beeld dat Busch Gardens van deze lieflijke vakantiebestemming schetst, is echter pure horror. Je wordt in dit donkere, stormachtige bos immers achterna gezeten door het kwaad.
Het achtergrondverhaal staat mijlenver van de realiteit, maar het levert wel een beestige achtbaanervaring op. Verbolten speelt zich voor een groot deel indoor af en in dat overdekte gedeelte hangt er een ijzingwekkend sfeertje. Wanneer de trein zich na deze übercoole indoor-passage opnieuw in de buitenlucht waagt, volgen de iconische afdaling aan het water en enkele krachtige bochten. Wow, wat een waanzinnige ride! Verbolten overdondert me volledig en het is nauwelijks te vatten dat Zierer zo’n machtig apparaat op de tekentafel toverde. Het overdekte gedeelte heeft trouwens wisselende showscènes, waardoor deze attractie ook tijdens een tweede of derde rit verrassend blijft. Het kostte ons aardig wat moeite om erin te geraken, maar een ding is zeker: ik heb vandaag een van mijn nieuwe topfavorieten ontdekt.
Glenn en freefalls, het is geen gouden match. Ik loop dus in een wijde boog om de leuk gethematiseerde, doch veel te hoge Mäch Tower heen. Glenn en Deutsche Gastronomie, dat is daarentegen wel een gedroomde combinatie. In het nabijgelegen Festhaus werk ik ‘s middags dus graag een sappige Bratwurst mit Kartoffelsalat naar binnen. Wanneer we plaatsnemen aan een van de honderden houten banken, begint er net een feestelijke show op het centrale podium. De geamerikaniseerde uitspraak van Eins Zwei Saufen of Auf Wiedersehen is hilarisch en eigenlijk is het entertainment best vermakelijk. Wanneer onze megaportie Schwarzwälder Kirschtorte op is, houden we het echter meteen voor bekeken. Er valt immers nog veel te beleven.
We reisden de afgelopen week van Carowinds en Dollywood naar Kings Dominion. Dankzij die parken werd de achtbaanteller mooi aangevuld, maar qua dark rides bleef ik op mijn honger zitten. Het is daarom een opluchting om The Curse of DarKastle te zien opdoemen, want ik hoorde al veel positieve verhalen over deze 3D-ride. Toch geraak ik stilaan verwend op vlak van dark rides en dat wordt hier pijnlijk benadrukt. The Curse of DarKastle is een soort Spiderman-achtige ervaring, maar het gestroomlijnde verloop van die Universal-ride ontbreekt volledig. De verhaallijn blijft vaag en de bewegingen zijn niet al te nauwkeurig gesynchroniseerd met de 3D-beelden. Begrijp me niet verkeerd… DarKastle is een knappe dark ride, al blijft ie ver achter op het niveau van Disney of Universal. En in een bejubeld themapark als Busch Gardens had ik stiekem toch op dat niveau gerekend.
De leukste manier om het oogstrelende landschap van Busch Gardens te bewonderen, is vanuit een bootje of vanuit de kabelbaan. Voor die boottocht kunnen we terecht bij de Rhine River Cruise, een niet zo alledaagse familieattractie. De sloepen vertrekken nabij een oogstrelend houten wandelpad en ze garanderen een kwartiertje volmaakte rust en onbetaalbare views. Er is echter een nadeel aan verbonden: deze namaak-Rijn ruikt nog minder fris dan het raclettehuisje van Europa-Park. Van dat ongemak hebben we gelukkig geen last in de Skyride. Ook deze attractie trakteert me op waanzinnige panorama’s. Zo rakelings langs de geschakelde loopings van Loch Ness Monster zweven, dat is fijn. Diezelfde Skyride transporteert me overigens rechtstreeks naar het Engelse themagebied, van waaruit deze legendarische achtbaan binnen handbereik ligt.
De gele rails van Loch Ness Monster glooien al bijna 40 jaar door de vallei. Deze Arrow moet in de beginperiode trouwens een heuse innovatie geweest zijn. De hoogte van 40 meter en de tracklengte van een kilometer zijn zelfs vandaag nog respectabel te noemen. De baan is bijgevolg nog steeds populair en iedereen klikt wel een foto van de interlocking loopings die Loch Ness Monster wereldberoemd maakten. Kan de baan zijn sterrenstatus bevestigen? Wat mij betreft wel: voor een dergelijke oldie genereren de loopings behoorlijke g-krachten, de treinen bollen vlot en ik word volkomen verrast door een driedubbele overdekte helix. Natuurlijk zit de lay-out vol foute knikken en de tweede lifthill is lachwekkend, maar ik wil deze klassieker daar geen minpunten voor aanrekenen. Van mij mag dit icoon nog eens 40 jaar mee.
M’n gezelschap wil per se Grover’s Alpine Express op de coaster-counter en ze schuiven daar zowat veertig minuten voor aan. Drie kwartier slalommen tussen krijsende kleuters en daar een kale kinderachtbaan voor terug krijgen? Ik pas ervoor. Gelukkig kan ik die tijd nuttig besteden aan een fotorondje. Tijdens mijn wandeling merk ik dat het park inmiddels overvol is en dat wachttijden onder het uur uitzonderlijk zijn. Enkel in het Ierse themagebied heerst er een aangename rust, maar dat is voornamelijk aan de afwezigheid van mechanische attracties te wijten. Het leukste element van Ierland zijn de dierenverblijven die in een bosrijke uithoek geïntegreerd werden. Hoewel het aspect dieren hier opvallend kleinerschaliger opgevat werd dan bij het zusterpark in Tampa, vind ik dit een leuk gedeelte om even uit te blazen. De populairste beestjes blijken overigens de Big Bad Wolves. Ik vraag me af of dat toeval is.
Wanneer mijn gezelschap de kindvriendelijke credit op zak heeft, stappen we tezamen naar het Franse gebied. De geveltjes en de sfeer van deze zone zijn wat minder geloofwaardig dan de rest van het park. Maar ja, wie kijkt er eigenlijk naar die gevels als er een monsterlijke achtbaan naast staat? De helderblauwe constructie is vanuit het hele park prominent zichtbaar, maar pas nu wordt de omvang ten volle duidelijk. Maak kennis met Griffon, een kathedraal van staal op grote schaal. Als je het gewend bent om naast Baron 1898 te staan, dan lijkt deze Dive Machine een meedogenloze moordmachine. Griffon is ruim 60 meter hoog en de loodzware treinen duiken tegen 120 kilometer per uur naar het aardoppervlak. Het zou een understatement zijn om Griffon gewoon indrukwekkend te noemen. Ik zal het anders zeggen: als je Busch Gardens met Dubai vergelijkt, dan is Griffon gelijk aan de Burj Khalifa.
Groot, Groter, Griffon. De proporties van dit ding zijn immens, maar is de ritervaring dat ook? Ab-so-luut! Ik vind Dive Machines sowieso coole apparaten, maar dit exemplaar blijkt superieur ten opzichte van onze Europese versies. De airtime die ik ervaar wanneer we backseat over het randje gesleurd worden, is bijvoorbeeld moeilijk met woorden te beschrijven. Verder zijn de beide drops krachtig en verloopt het allemaal met een souplesse waar de meeste coasters alleen maar van kunnen dromen. Griffon is een achtbaan van wereldformaat en hij zorgt voor visueel topentertainment. Ik zou wel uren kunnen staren naar die verticaal vallende treintjes en naar het watergordijn dat diezelfde voertuigen in een artificieel meertje creëren. Dus monsieur Griffon, je t’aime. Dat meen ik uit de grond van mijn hart, want zelfs het aanschuiven viel mee. Ondanks een uitpuilende wachtruimte trekken we na minder dan 40 minuten de beugels al dicht. Tja, het gaat vooruit als je tien man op een rij kwijt kan.
Dienstmededeling: om een of andere bizarre reden wil mijn spellingcontrole Busch Gardens al de hele tijd corrigeren naar Buschauffeur Gardens. Bij deze mijn oprechte excuses als je die schaamtelijke schrijffout ergens in het report tegenkomt. Het lijkt er trouwens op dat Busch Gardens recent een gelijkaardig probleem ondervond. Toen men persberichten opstelde om de nieuwe houten rollercoaster aan te kondigen, corrigeerde het computerprogramma de naam Invader namelijk per ongeluk naar InvadR. Helaas had een stagiair van de marketingafdeling al op de verzendknop gedrukt, waardoor het park in allerijl elk naambordje moest aanpassen. Stel je voor dat elk pretpark deze irritante move van Buschauffeur Gardens zou overnemen. Je zou dan gekke dingen als Silvr StR, Towr of TerrR enValravN krijgen… Afschuwelijk toch.
Maar goed, InvadR it is. We horen horrorverhalen van medebezoekers die meer dan twee uur in de rij stonden, maar ‘s namiddags ziet het er niet heel extreem uit. Wij zouden uiteindelijk zowat 75 minuten aanschuiven. Dat is lang en zelfs veel te lang voor een ordinaire familieachtbaan, maar anderzijds is het voor een zopas geopende nieuwigheid geen slechte deal. Ordinaire familieachtbaan, zeg ik? Tja, eigenlijk is InvadR inderdaad niet meer dan dat. De ride is behoorlijk vinnig en bevat GCI’s kenmerkende bochtenwerk, maar de omvang is te mager om te overtuigen. Dat geldt evenzeer voor de aankleding. Hoewel de baan van een oogstrelend mooi toegangsportaal voorzien werd, is de verdere decoratie geen hoogvlieger. Het stationsgebouw oogt goedkoop en InvadR rijdt op een kaal stukje land naast de boomstammenbaan. Conclusie: InvadR is een plezierige familiale coaster, maar langer dan een halfuur zal ik er in de toekomst nooit voor aanschuiven. Jij hopelijk ook niet.
Logflume Le Scoot wordt omwille van de immense wachtrij geskipt, maar bij de mythische Alpengeist willen we uiteraard wel een kijkje nemen. Alpengeist wordt regelmatig geroemd als de beste inverted coaster ter wereld. Er is slechts één correcte manier om die uitspraak te controleren: frontseat plaatsnemen. En oh mijn god, wat is dit een klassebak! Deze op hol geslagen skilift krijgt pluspunten voor zijn onvoorspelbare lay-out, voor het origineel doorgevoerde thema en voor de verbazingwekkende snelheid waarmee ie rakelings langs de oppervlakte scheurt. Dit is zo’n baan waardoor ik opnieuw geloof dat ik echt de allerbeste hobby ter wereld heb. Mensen verklaren me soms gek dat ik naar Amerika reis om pretparken te bezoeken, maar die mensen zullen nooit in meesterlijke coaster als Alpengeist zitten. Veel plezier met El Condor, denk ik dan.
Ik tril nog een beetje na sinds dat bangelijke ritje op Alpengeist, maar helaas zit onze tijd in Williamsburg er stilaan op. We moeten op zaterdagmiddag immers nog een heel eind rijden naar Hershey, waar het laatste park van onze trip op de planning staat. Toch zal je nog even moeten wachten op een report over Hershey Park, want ik heb je eerst nog een heleboel te vertellen over Busch Gardens Williamsburg. Op zaterdagochtend liep onze wekker namelijk op een onmenselijk vroeg uur af, want we schreven ons in voor de VIP Coaster Insider Tour. Het is cool om achter de schermen te gaan bij een pretpark, maar deze rondleiding is nog stukken boeiender omdat ie volledig op topachtbanen als Griffon, Verbolten en Alpengeist focust. Daarenboven nodigt Busch Gardens de deelnemers van deze tour uit voor vele exclusieve testritten in diezelfde coasters. Moet ik nog vertellen dat we een ronduit spectaculaire ochtend beleefden? Meer daarover in het volgende verslag.
Busch Gardens Williamsburg, een themapark van mythische proporties. We beleefden hier een reeks topachtbanen, we keken onze ogen uit in schitterende themazones en we liepen twee dagen door een wondermooie oase van groen. Als je hierheen komt, dan ga je zonder enige twijfel een topverblijf tegemoet. Toch zou ik aanraden om dat bezoek niet tijdens Spring Break te plannen. Het is een drukke periode en bovendien is het park nog niet helemaal uit zijn winterslaap ontwaakt. Tijdens de VIP-tour van zaterdag ontdekken we bijvoorbeeld dat de lange wachttijden van vrijdag perfect te verklaren zijn: zowel bij Griffon, Loch Ness Monster als Alpengeist ligt er immers nog een trein volledig gedemonteerd naast de rails. Men vertelt ons dat die treinen tegen het zomerseizoen operationeel zullen zijn, maar daar heb je op een overvolle lentedag natuurlijk geen boodschap aan. Ook opvallend: op vrijdag gebruikt Verbolten slechts één van de twee opstapstations, ondanks wachttijden tot 90 minuten. Hoewel Busch Gardens een steengoed park is, zetten sommige operationele beslissingen dus een aardige domper op de feestvreugde. Ik heb de perfect geoliede machine van Dollywood nog vers in het geheugen en dat was toch heel andere koek.
Anyway… ik wil niet te veel negativiteit verkondigen, want ik had het hier ontzettend naar m’n zin. Toch had ik van deze legendarische plek eigenlijk niks anders verwacht, terwijl mijn verwachtingen over onze volgende bestemming minimaal waren. Onterecht, zo blijkt. Ook Hersheypark zou me helemaal omver blazen dankzij een unieke ambiance en het machtige coasteraanbod. Je leest er binnenkort uiteraard meer over, maar nu is het echt tijd om afscheid te nemen. Ik zeg dus ciao Tempesto, au revoir Griffon, tschüss Verbolten, adieu InvadR en bye bye Busch Gardens Williamsburg. Hopelijk tot heel erg snel!
FOTOGALERIJ
ENGLAND




SCOTLAND






IRELAND




FRANCE









NEW FRANCE



GERMANY






OKTOBERFEST










FESTA ITALIANA









KINDERZONES


Bedenkingen? Vragen? Commentaar? Laat gerust een berichtje achter via het invulveld onderaan deze pagina.